Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Er waren ook Hebreen [38]bij de Filistijnen, [39]als eertijds, die met hen in het leger opgetogen waren rondom; dezen nu [40]vervoegden zich ook met de Israelieten, die bij Saul en Jonathan waren. 38. Te weten, hen als knechten dienende, of, tot hen overgelopen, die bij deze gelegenheid bij de Israelieten zich vervoegden. 39. Hebreeuws, als gisteren eergisteren. 40. Hebreeuws, zij [waren] om te zijn met Israel.